HIV co-infectie
Hiervoor verwijst de werkgroep naar vigerende richtlijnen voor de behandeling van HIV-HBV co-infectie.
Hiervoor verwijst de werkgroep naar vigerende richtlijnen voor de behandeling van HIV-HBV co-infectie.
1 De EASL richtlijn suggereert een NUC te starten bij patiënten met een HBV-HDV coinfectie en een HBV DNA >2,000 IU/mL (indien geen cirrose) en bij alle patiënten met een detecteerbaar HBV DNA (indien [gedecompenseerde] cirrose). De werkgroep is van mening dat er tot dusver onvoldoende bewijs is om hier een stellige uitspraak over te doen. Op theoretische gronden is het inzetten van een NUC bij patiënten met cirrose met een detecteerbaar HBV DNA te overwegen, conform de adviezen bij patiënten met HBV monoinfectie.